Weerzien met de Cauberg
09-09-2024 | 21:03 Uur
Weerzien met de Cauberg
Het was een zinderende happening afgelopen zaterdag bovenop de Cauberg bij Valkenburg, de start- en finish-plaats van de 10de editie van Bike4Parkinson. Een zinderende herrie. Van de ongetwijfeld bemoedigende woorden die ’s ochtends rond tienen uit de boxen schalden heb ik niets verstaan. Het was er daverend druk, ’s middags zinderend warm, er was zinderende muziek, het was zinderend gezellig.
En er was een zinderende afloop: in totaal hadden de deelnemers 356.000 euro binnengehaald voor het onderzoek naar Parkinson. Twee dagen later staat de teller zelfs op 362.662 euro.
De hele rit zaterdag verheugde ik mij al op het weerzien met de Cauberg. Jaren terug – in 1989 - reed ik samen met mijn toen prille lief, nu mijn vrouw Marga, ook tegen de Cauberg op. Bovenop stond zij te trillen op haar benen van de inspanning. Toch maar mooi gedaan. We nuttigden een Mars om een hongerklop in de kiem te smoren.
Bij het opnieuw binnenzeilen in hartje Valkenburg zie ik zaterdag plotseling weer die sterk opgaande weg naar links. Het is een moment dat menig wielrenner kent. Je rijdt een vredig Frans dorp in de Alpen of Pyreneeën binnen en dan slaat de schrik je om het hart. Opeens is daar die onverbiddelijke muur van asfalt, de angstaanjagende toegang tot de ‘Col de (… noemt u maar)'.
Daar gaat het zaterdag dan ook even mis. Na enkele tientallen eerste lichte klimmeters op de Cauberg schakel ik mijn ketting naar het kleinste voorblad. Te laat. Ze blokkeert. Hup, van de fiets. Na enig heen en weer wrikken met de trappers is de ketting weer los. Snel weer op de fiets. Ondanks het hellend asfalt kan ik toch nog vaart maken.
Met de blik op oneindig en het verstand op nul arriveer ik op een deel met stijgingspercentages van 10, 12 en 13. Toch hou ik vaart en cadans. Dan wordt het ploeteren, trap voor trap.
‘Daar is de finish’, roept de vrouw naast me met wie ik schouder aan schouder rijd. Ik geloof mijn oren niet! Zo snel al. Dat valt me mee. De Cauberg valt dus best mee. Het wordt vlakker. Het wordt weer licht.
Zojuist las ik deze tekst nog even aan Marga voor. Waarna ze droogjes meedeelde dat we destijds in 1989 niet de Cauberg, maar de Keuterberg hadden beklommen.
Daar ging mijn weerzien met de Cauberg. Het was dus helemaal geen feest der herkenning. Ik moet de Cauberg snel nog een keer op.